Prediking over Zondag 40 (vraag 105-107)
- Gij zult niet doden -
Vraag 105:Wat eist God in het zesde gebod? Antwoord 105:Dat ik mijn naaste noch met gedachten, noch met woorden of enig gebaar, veel minder met de daad, door mijzelf of door anderen ontere, hate, kwetse of dode; maar dat ik alle wraakgierigheid aflegge; ook mijzelf niet kwetse of moedwilliglijk in enig gevaar begeve; waarom ook de overheid het zwaard draagt om den doodslag te weren.
Vraag 106:Maar dit gebod schijnt alleen van het doodslaan te spreken? Antwoord 106:God, verbiedende den doodslag, leert ons, dat Hij den wortel des doodslags, als nijd , haat , toorn en wraakgierigheid, haat en zulks alles voor een doodslag houdt.
Vraag 107:Maar is het genoeg, dat wij onzen naaste, zoals tevoren gezegd is, niet doden? Antwoord 106: Neen; want God, verbiedende den nijd, haat en toorn, gebiedt, dat wij onzen naaste liefhebben als onszelf , en jegens hem geduld, vrede, zachtmoedigheid, barmhartigheid en alle vriendelijkheid bewijzen , zijn schade, zoveel als ons mogelijk is, afkeren , en ook onzen vijanden goed doen. |
|
|
Data
|
| Grootte |
499.77 KB |
| Downloads |
2.613 |
| Aangemaakt |
29-08-2018 |
| Gewijzigd |
29-08-2018 |
|
Download |
|